Mysterieuze kerst in Giethoorn, door Jan Kleene
Het is december, dus is het ook in Giethoorn kerstfeest. De bruggen zijn verlicht en bij de Olde Skoele is een grote kerstboom neergezet, het is als een lichtpuntje voor de bewoners van het Binnenpad. Met kerst is de verlichting.
Er is nog een kerstboom gekocht die is voor de Vermaning, waar ieder jaar de kerstdienst plaats vindt. Het schijnsel van de lampje schittert in de dorpsgracht, in dit geval in het ijs Voor velen het hoogtepunt van het jaar.
Dit jaar houdt het Gieters treffen een mooi programma in de week voor kerst. Het is goed gepromoot en ze verwachten dan ook veel publiek, het is een mooi nieuw evenement, die hopenlijk de komende jaren voort zal gaan. Het dorp is omgetoverd in een winters en gezellig wonderland. Dit jaar is het door het Gieters treffen een nog mooier kerstfeest als ander. Want een feestje bouwen kunnen ze hier wel Ook de kinderen van de zondagschool doen een duit in het zakje, de ouders glimmen van trots als de kinderen hun kerstverhaal opvoeren.
Buiten is winter zoals Giethoorn in jaren niet heeft beleefd. Het is snijdend koud, dus zoeken de Gietersen gezelligheid en de warmte van de kachel op. Het oudhollandse ganzenbord en de sjoelbak zijn maar weer eens van de stoffige zolder gehaald.
Buiten houdt een persoon zich schuil, waar de Gietersen nu nog geen weet van hebben, maar die binnen kort ons mooie waterdorp in zijn greep zal houden. Iedereen verheugt zich op de kerst.
Het is gezellig in de huizen waar de bewoners hun handen warmen aan de chocolademelk en de glühwein, Buiten is het guur, op het Bovenwiede raast een sneeuwstorm met ongekende snelheid over het meer en komt onvermijdelijk tot stilstand bij de boerderijtjes aan het Binnenpad. De bomen langs de dorpsgracht zwiepen door de poolwind alsof ze ieder moment het loodje leggen. de voormalige Zuiderschool is bijna niet meer te zien door de sneeuwduinen die er tegen aan zijn gegooid door de ijzige wind Het kan nog zo koud zijn de fanatieke schaatsers kijken al uit naar morgen uit naar de volgende dag, wanneer er na jaren weer eens een toertocht wordt gehouden. Het is dan ook stil op het Binnenpad.
Een weldenkend mens gaat met dit natuurgeweld niet naar buiten, maar Klaas Gorte is niet bang aangelegd, en gaat tegen alle adviezen van weerkundigen naar het Bovenwiede om polshoogte te nemen hoe het ijs er bij ligt. Hij is bestuurslid van de plaatselijke ijsclub en gaat gewapend met een boor naar het meer om de ijsdikte te meten, dit is niet zonder gevaar, want op het Wiede zijn altijd windwakken, en aangezien hij alleen is, is dit niet zonder gevaar.
Het Bovenwiede is getransformeerd naar een poolvlakte, de kou giert door het lichaam van Klaas. Maar hij voelt zich verplicht om voorbereidingen te doen voor de komend tocht. Er is voor komende week de Hollands Venetie tocht gepland. Klaas wil alleen even weten of de ijslaag genoeg gegroeid is, om de organisatie in gang te zetten. Hij loopt een eindje het ijs op richting het eilandje.
Halverwege stokt zijn adem en schrikt hij zoals hij dat nog nooit gedaan heeft. Hij meent een gedaante te herkennen, die recht op hem af loopt, maar dan een draai maakt naar de Volkensvaart en recht op het dorp af stevent. Het lijkt een manspersoon van gemiddelde lengte, maar Klaas kan geen duidelijk signalement geven door de gierende sneeuwstorm.
Klaas is de gestalte nu uit het oog verloren, maar voelt zich heel ongemakkelijk en wil zo snel mogelijk naar huis, de schim op het meer staat heel duidelijk op zijn netvlies. Hij zoekt door de sneeuw een uitgang van “t Wiede. Bij het Paviljoen klimt hij op de kant, en loopt via het smalle pad terug naar zijn woning.
Op weg naar huis komt hij langs het Olde Maat Huus, de vrijwilligers houden daar een vergadering, en sommigen zijn aan het knieperties bakken, die verkocht worden op het Gieters treffen. Klaas wil het gebeuren op het Bovenwiede graag met anderen delen, want hij trilt nog na van wat hij in de sneeuwstorm heeft gezien. Als hij zijn verhaal doet, kijken velen hem aan alsof Klaas niet serieus genomen kan worden, maar hijzelf wordt er helemaal ontroerd van en op zijn gezicht druppelen er tranen. Maar gaandeweg het verhaal komen sommigen tot de conclusie dat Klaas dit voorval niet uit zijn duim zuigt, daar is hij te nuchter voor.
Het is al laat, de mensen gaan naar huis, maar beloven hem de volgende dag te helpen zoeken. Wanneer de laatste vrijwilliger de museum boerderij afsluit hoort hij gerommel in de hooiberg. De anderen kijken of ze water zien branden. Wie durft er op af te gaan. Het lijkt ze verstandig om niet alleen erop af te gaan. Jouk en Willem gaan erop af. Als ze dichter bij komen beent iemand als een raket lang heen, dit moet wel de gedaante zijn zoals Klaas die heeft beschreven. De rest van de groep verstijft van schrik en verkeren in schok. Ze zien nog net dat het spook het “Peerdepad” opgaat Er is niemand die het lef heeft om de achtervolging in te zetten. Henk Bakker vindt dat er een zoekactie moet plaatsvinden.
Het houdt het hele dorp bezig en kinderen durven de straat niet op, ze zin dat de geest hen wat aandoet Het kerstfeest verliest zijn glans als dit figuur het leven in het mooie waterdorp in zijn greep houdt. Hij moet dan ook zo snel mogelijk uit het dorp worden verbannen.
De volgende dag wordt besloten om een bijeenkomst in het Kulturhus te houden, door het door te vertellen aan iedereen moet de opkomst wel groot zijn. Als iedereen aanwezig is neemt Willem Smit, ook voorzitter van de plaatselijke sportclub, S.V, Giethoorn se. Hij stelt voor, om in groepen naar de mysterieuze man te gaan zoeken, dit zal moeilijk worden aangezien men eigenlijk niet weet wat of wie er gezocht moet worden. Uit de groep horen ze dat de man maar liefst op twee locaties gezien is. Bij de Sloathoake is zelfs ingebroken, er zijn alleen etenswaren gestolen, ook deze man moet natuurlijk eten. Verder was hij gezien in “het tippie van ’t zuudende” en in de “kruumte” nabij het gelijknamige restaurant. Het was de eigenaar bijna gelukt om het gedrocht in te rekenen, maar een van zijn eigenschappen is dat hij vooral heel snel is en zo glad als een paling uit het Bovenwiede.
Er wordt besloten om die zaterdag te gaan zoeken, en ieder krijgt het advies de man niet te benaderen, maar meteen de politie te bellen, ze weten immers niet of de man gevaarlijk is.
Op genoemde locaties wordt als eerste gezorgd, door de sneeuw zijn er sporen te zien, al weet men natuurlijk niet van wie die zijn. Er zijn zelfs vanuit Dwarsgracht geluiden te horen dat de man is gezien, in het donker, hij struinde de hele Dwarsgracht af en is gezien bij het dorpshuis, hij vertoont vreemd gedrag, maar voordat de bewoner het signalement kan vaststellen is hij al weer vertrokken. Het enige dat ze van hem weten is dat het een man is van normaal postuur, verder is er weinig normaals aan de man.
De grote vraag is waarom hij juist Giethoorn heeft uitgezocht om de bevolking de stuipen op het lijf te jagen. Het is een wonderlijke kerst. En de dominee vraagt zich of hij de kerstdienst wel door laat gaan. De doopsgezinden dringen er op aan om dit wel te doen, een samenzijn van de mensen verbindt en samen staan ze sterk, ook in deze situatie. Er wordt gezocht met man en macht, en dan komt er een telefoontje van Willem, dat hij gezien is in het “Noordende” en wel in het klooster, nota bene waar Giethoorn ontstaan is. Het klooster is maar via een smal pad bereikbaar en door de sneeuwstorm is het bijna niet te doen om de mogrlijke schuiplaats te bereiken. Er staan maar een handjevol huizen, dus veel valt er niet te halen.
Na het telefoontje van Willem besluiten ze om er toch maar de politie er in te betrekken. Voor hun eigen veiligheid, en de politie is wel het een en ander gewend, misschien is de man wel vuurwapengevaarlijk. Ondertussen hebben veel bewoners de straat opgezocht.
Het kerstfeest lijkt verder weg dan ooit. Het dorp staat immers vol van de spanning, iedereen wil graag dat de man wordt opgepakt en niet meer het kerstfeest verpest Kerstboom onder de kerstboom in de Vermaning kan zo gezellig zijn, en de Gietersen kijken er begin december naar uit.
De politie is intussen gearriveerd en vraagt iedereen om zich op afstand te houden. Ze denken dat hij als een rat in de val zit, er is immers maar een toegangsweg , het enige alternatief de moerassen rondom het klooster, daar houdt hij her gezien de barre weersomstandigheden niet lang uit en kan hem zelfs fataal worden. Dan hoort een van de agenten een krassend geluid en turen over de ijsvlakte van het Molengat, daar gaat een eenzame schaatser. Dat moet de verdachte wel zijn, een weldenkend mens begeeft zich zeker niet op glad ijs in het donker. Langzamerhand verdwijnt hij uit het zicht richting de Kerkweg, een zwarte stip achterlatend. De gedaante is niet alleen snel, maar ook slim, teeds vaker komt bij de bevolking de vraag op wie dit kan zijn aangezien hij wel heel bekend is in Giethoorn, hij moet gewoon een keer opgepakt worden.
Inmiddels is er vanuit Steenwijk versterking aangevraagd, deze man laat zich duidelijk niet vangen. Giethoorn beleeft de roerigste kerst ooit. Het is lastig de schim te vanen door het strenge winterweer met die snijdende sneeuwstorm. Hij moet wel een bikkel zijn, die het overleefd in deze barre wintertijd. Er is bijna niemand in het dorp die er niet zijdelings bij betrokken is. Ze vergeten wel eens dat het kerst is, maar laten de fraai verlichte kerstbomen in hun warme huiskamers achter. Er zijn al kerstinkopen gedaan, ze hopen dat ze van een feestelijk kerstdiner kunnen genieten, maar dan moet het “monster” wel achter de tralies zitten.
De politie is inmiddels op volle sterkte en zetten een grote zoekactie in, dit met bijstand van de bevolking die wel het advies krijgen dichtbij hun huis te blijven en geen actie te ondernemen. Intussen waart het spook over grachten, sloten en vooral over het Bovenwiede.
Dan is er een anonieme tip dat de schim zou ophouden bij de voormalige Zuiderbasisschool, op zoek naar een slaapplek, daar kan hij relatieve warmte vinden, op een plaats waar voorheen kinderstemmen over het plein schalden, een plaats waar meerdere Gietersen onderwijs genoten en er dierbare herinneringen hebben opgebouwd.
Meteen zetten de hulpdiensten koers naar genoemde plek. Daar zien ze de gedaante snel verdwijnen, achter de Grachthof langs. Daar zien ze iets wat ze nooit voor mogelijk hadden gehouden. De gezochte man is gesneuveld in een sloot en vastgezogen in de modder. Het was een koud kunstje om hem te vangen. Om een beetje warm te worden werd hij naar het Olde Maat Huus gebracht om zich bij de potkachel op te warmen. Ook Klaas Gorte is daar aanwezig en kan de man die heel Giethoorn in zijn greep had recht in de ogen kijken.
Hij meent de man zelfs te herkennen. Ik ken jou zegt Klaas , is jouw achternaam Maat. Dan ben jij een kleinzoon van Hendrik Maat, de laatste bewoner van het Olde Maat Huus. Als ik mij niet vergis ben jij destijds het dorp uitgejaagd omdat je geld had gestolen uit de kas van de kerk en je zou een verhouding hebben gehad met een getrouwde vrouw.
Dan kan ik je vertellen, dat je voor beide gevallen vrijgesproken kan worden. Voor het stelen van het geld is al iemand veroordeeld en die vrouw waar jij een relatie mee had was al gescheiden toen je een relatie met haar kreeg.
Hans Maat , zo heet hij, hij was terug gekomen uit heimwee en om de paar vrienden die hij hier heeft nog eens te ontmoeten. Volgens Klaas moeten wij de verloren zoon in onze armen sluiten. Er wordt tijd om onze gast te eren een geweldig kerstfeest te vieren, waarbij Hand natuurlijk de eregast is.
De Gieterse horeca en de Plus sponsoren dit feest. Iedereen doet een duit in het zakje en ook de knieperties vinden gretig aftrek. Dreuge Worst biedt spontaan om de muziek te verzorgen. Zelfs de Gieterse Fanfare treedt op. Hans geniet met volle teugen en kan eindeloos bijkletsen met zijn vrienden.
Hans heeft veel jaren in het buitenland gewoond en vindt het fijn om eindelijk weer eens Gieters te kunnen praten. Maar hij heeft lang getwijfeld om naar zijn geboortedorp terug te gaan. Hij was steeds bang en bevangen door de koude in het barre winterweer, omdat hij bang was dat hier iedereen een hekel aan hem gehad. Maar achteraf is hij blij dat hij er is en achter af war het helemaal niet nodig om steeds maar weer voor zijn dorpsgenoten te vluchten Hij wordt dan ook liefdevol in de gemeenschap opgenomen, en denkt eraan om zich hier weer te vestigen.
Een Gieterse biedt hem spontaan een logeeradres aan en meerdere ondernemers zorgen dat hij ook hier aan het werk kan. Wat als een nachtmerrie begon in een spontaan kerstfeest, waar Hans het middelpunt vormt Het spontaan ontstaan van de kerstfeest was heel gezellig en duurde tot in de kleine uurtjes.
Het was met recht de een vreemde kerst in Giethoorn, maar zo zie je maar waar een klein dorp groot kan zijn.